Hebt u letselschade opgelopen door een ongeval? Naast kosten voor medische hulp, kunnen er ook op veel andere vlakken schade ontstaan.
Hebt u letselschade opgelopen door een ongeval? Naast kosten voor medische hulp, kunnen er ook op veel andere vlakken schade ontstaan.
Hebt u letselschade opgelopen door een ongeval? Naast kosten voor medische hulp, kunnen er ook op veel andere vlakken schade ontstaan. Zo kan het zijn dat u geen of minder huishoudelijke taken kunt verrichten en daarvoor een ander moet inschakelen, dat u intensieve verpleging of verzorging nodig hebt, of dat u bepaalde werkzaamheden in en rondom uw woning niet meer zelf kunt verrichten. Al deze schadeposten kunt u verhalen op de aansprakelijke partij. Ik licht toe wanneer deze schadeposten ontstaan en welke schade u kunt verhalen.
Wanneer u als gevolg van een ongeval niet, of in mindere mate, in staat bent om huishoudelijke taken te verrichten, dan kan het zijn dat u daarvoor hulp vraagt aan een ander. Dit kan een gezinslid, een familielid of kennis zijn, maar het kan ook zijn dat u professionele hulp moet inschakelen. De Letselschaderaad heeft hiervoor de Richtlijn Huishoudelijke hulp ontwikkeld. In de richtlijn wordt onder ‘huishoudelijke hulp’ het volgende begrepen:
‘De behoefte aan huishoudelijke ondersteuning door derden, bestaande uit bijvoorbeeld de activiteiten schoonmaken, koken, boodschappen doen en kinderen verzorgen, met uitzondering van activiteiten op het gebied van zelfredzaamheid (..).’
Voor de berekening van de schade wordt in de richtlijn een onderscheid gemaakt tussen drie periodes:
1. De eerste drie maanden na het ongeval:
Voor de eerste drie maanden gelden normbedragen. Deze normbedragen zijn vastgesteld op basis van de gezinssamenstelling en de mate van beperking. Vervolgens wordt de schade per week berekend aan de hand van het normbedrag vermenigvuldigd met het percentage van uw bijdrage in het huishouden vóór het ongeval. Een voorbeeld:
U hebt een gezin met inwonende kinderen ouder dan vijf jaar. U bent de eerste 13 weken na het ongeval zwaar beperkt in uw functioneren. Voor het ongeval deed u 75% van het huishouden. De schade voor de eerste 13 weken wordt dan als volgt berekend:
€ 318,- (normbedrag zware beperking bij een gezin met inwonende kinderen ouder dan 5 jaar) x € 75% (bijdrage aan het huishouden voor ongeval) x 13 (weken) = € 3.100,50.
2. De vierde t/m de zesde maand na het ongeval:
Na de eerste drie maanden wordt (opnieuw) een inschatting gemaakt van uw behoefte aan huishoudelijke hulp. Deze behoefte wordt in uren vastgesteld. Vervolgens moet de aansprakelijke partij de daaropvolgende drie maanden die uren vergoeden tegen een uurtarief van € 10,-.
3. De periode vanaf de zesde maand na het ongeval:
Wanneer u na zes maanden nog steeds beperkt bent in het huishouden, moet de aansprakelijke partij een redelijke vergoeding betalen. De hoogte van deze vergoeding wordt in overleg met u vastgesteld.
Naast huishoudelijke hulp, kan het ook zijn dat uw letsel zo ernstig is dat u intensieve verpleging of verzorging nodig hebt. U hebt dan recht op passende zorg. Hiervoor kunt u professionele hulp inschakelen, maar het kan ook zijn dat u hier liever een gezinslid, familielid of kennis voor inschakelt. De aansprakelijke partij is verplicht die schade te vergoeden.
In het kader van de schadebeperkingsplicht kan de aansprakelijke partij van u verwachten dat u voor vergoeding eerst een beroep doet op een voorziening vanuit de Wmo of de Wlz. U kunt hiervoor een verzoek indienen bij de gemeente.
Bij de vraag of u in aanmerking komt voor huishoudelijke hulp via de Wmo of de Wlz wordt rekening gehouden met wat de normale dagelijkse zorg is die partners, ouders of andere gezinsleden geacht worden elkaar onderling te bieden.
Voor hulp vanuit de Wmo of de Wlz moet u een eigen bijdrage betalen. Een eigen bijdrage voor de Wmo of de Wlz kunt u verhalen op de aansprakelijke partij. De gemeente zorgt er vervolgens in overleg met u voor dat u de benodigde hulp krijgt. Hiervoor wordt er eerst een zorgplan opgesteld. Vervolgens kunt u ervoor kiezen om het recht op zorg vanuit de Wmo of de Wlz uit te laten keren in de vorm van zorg in natura of middels een persoonsgebonden budget. In dat laatste geval kunt u naar eigen inzicht zorg inkopen.
Wijst de gemeente uw aanvraag af, of is het persoonsgebonden budget niet toereikend voor de zorg die u nodig hebt? Dan moet de aansprakelijke partij de overige kosten vergoeden.
Wanneer u als gevolg van een ongeval bepaalde werkzaamheden in en rondom uw huis niet meer zelf kunt uitvoeren, wordt dit ‘verlies van zelfwerkzaamheid’ genoemd. Ook deze schade kunt u verhalen op de aansprakelijke partij.
De omvang van deze schade is niet eenvoudig vast te stellen. Om deze reden heeft de Letselschaderaad de Richtlijn Zelfwerkzaamheid ontwikkeld. In de Richtlijn wordt onder zelfwerkzaamheid begrepen:
‘Reparatiewerkzaamheden in en aan uw woning;
schilderwerkzaamheden in en aan uw woning alsmede het aanbrengen van behangpapier of wandbekleding;
tuinonderhoud, inclusief onderhoud van paden, terrassen, schuren en schuttingen.’
Alle omstandigheden die van belang zijn voor de begroting van de schade moeten bij de berekening worden betrokken. De richtlijn bepaalt dat er vier factoren van belang zijn bij het bepalen van de omvang van de schadepost ‘verlies van zelfwerkzaamheid’:
Of uw woning uw eigendom is, of dat u uw woning huurt;
of uw woning een tuin heeft;
het type woning en de onderhoudsgevoeligheid daarvan;
de mate waarin uw zelfwerkzaamheid is aangetast. Dit wordt uitgedrukt in percentages.
Aan de hand van in de richtlijn vastgestelde normbedragen wordt vervolgens een schadevergoedingsbedrag per jaar vastgesteld. Een voorbeeld:
U hebt een twee-onder-een kap koopwoning met tuin, wat veel onderhoud vergt. Sinds het ongeval bent u voor 75% beperkt in uw vermogen tot zelfwerkzaamheid. De jaarschade wordt dan als volgt berekend:
€ 836,- (normbedrag per jaar) x 1 (factor woningtype) x 75% (percentage beperking) = € 627,-
Is er echter sprake van concrete schade, dan kunnen deze kosten ook concreet worden meegenomen in het verhalen de schade. Moet uw huis bijvoorbeeld nodig geschilderd worden, maar kunt u dit door de gevolgen van het ongeval niet meer zelf? Dan kunt u daarvoor een derde inschakelen. Om deze kosten vergoed te krijgen, is het wel van belang dat u vooraf kunt onderbouwen en aannemelijk kunt maken dat u in de situatie zonder het ongeval de werkzaamheden zelf had uitgevoerd. Wij adviseren u bovendien altijd eerst een offerte op te vragen en deze voor te leggen aan de aansprakelijke partij om overleg te plegen over de redelijkheid van de kosten.