Catia Luis Fula
Welke juridische mogelijkheden zijn er als een kind van 16 jaar oud zegt geen contact meer met één van de ouders te willen?
Een omgangsregeling tussen een ouder en kind die door de rechter is opgelegd, is in principe bindend voor de betrokkenen. Als een van de partijen zich hier niet aan houdt, zijn er – afhankelijk van de situatie – vaak ook mogelijkheden om dit af te dwingen. Dit wordt ingewikkelder naarmate een kind ouder wordt en zelf aangeeft geen contact te willen met de ouder. Welke juridische mogelijkheden zijn er als een kind van 16 jaar oud zegt geen contact te willen? Mag een kind het dan zelf bepalen of zijn er ook dan manieren om dit af te dwingen? In een recente uitspraak bij het hof wordt geïllustreerd hoe er met dit soort gevallen wordt omgegaan.
Geen contact
In dit geval ging het om een omgangsregeling die al in 2018 door de rechtbank was opgelegd tussen een vader en zijn dochter van 16 jaar oud. Vader heeft inmiddels echter al jaren geen contact meer met zijn dochter. De dochter geeft zelf aan geen contact te willen, zowel richting haar ouders als richting de betrokken Raad voor de Kinderbescherming, de rechter en wederom in hoger beroep bij het hof. Vader laat het hier niet bij zitten. Hij vindt namelijk dat moeder te weinig doet om de dochter te stimuleren in het contact met hem, terwijl zij deze verplichting wel heeft. Moeder geeft op haar beurt aan dat zij het kind altijd toestemming heeft gegeven om omgang te hebben met vader. Het kind is inmiddels echter 16 jaar oud en moeder kan haar – naar eigen zeggen – niet dwingen om wel contact te hebben met haar vader als zij weigert.
Mening van minderjarige doorslaggevend?
Hoe zit dat juridisch precies als een kind geen omgang met haar of zijn vader wil? Vaak wordt er gedacht dat kinderen vanaf 12 jaar oud zelf mogen kiezen bij welke ouder zij gaan wonen en ook zelf mogen kiezen welke omgangsregeling door een rechter wordt vastgelegd. Dit is niet het geval. Wat er wel gebeurt, is dat kinderen vanaf 12 jaar hoorrecht krijgen in familierechtprocedures die over hen gaan. Net als het 16-jarige meisje in deze zaak mogen kinderen dan in een zogeheten kindgesprek met de rechter hun mening over de omgangsregeling geven. Uiteindelijk geldt dat niet de mening van de minderjarige doorslaggevend is, maar het belang van de minderjarige. De rechter zal dus niet klakkeloos de wens van de minderjarige opvolgen, maar alle omstandigheden van het geval wegen en ook de ouders horen om te komen tot een beslissing die in het belang is van de minderjarige. Wel geldt dat hoe ouder het kind, hoe belangrijker zijn of haar stem wordt in het al dan niet hebben van contact met een ouder.
Zo ook in dit geval waarin zowel door de rechtbank als het hof wordt gevonden dat de leeftijd van het meisje maakt dat zij een belangrijke stem heeft in de kwestie. Gedwongen omgang ligt niet voor de hand. Zelfs als dwang in de praktijk zou lukken, is het nog maar de vraag of dit niet juist een negatieve impact zal hebben op de band tussen vader en kind.
De wortel van het probleem
Wat dan wel? Moet er simpelweg worden geaccepteerd dat dit meisje haar vader niet wil zien? Zoals ook het hof overweegt, is het voor de identiteitsontwikkeling van kinderen in het algemeen wel belangrijk om beide ouders te kennen. Het is goed dat beide ouders zich hiervan bewust zijn. Voor moeder blijft het dus wel een belangrijke taak om de minderjarige te stimuleren in het contact met de vader. Om te komen tot contactherstel zullen er echter andere paden moeten worden bewandeld dan de juridische. Ouders zullen – eventueel met behulp van deskundigen - op zoek moeten gaan naar de wortel van het probleem: waarom wil het kind geen contact en wat kunnen de ouders doen om hetgeen hierin is beschadigd weer te laten herstellen? Dit zijn de vragen die ouders zichzelf in het belang van de minderjarige moeten gaan stellen.