Blog
In de echtscheidingspraktijk komt het geregeld voor dat partijen gezamenlijk een deskundige aanwijzen die bindend adviseert over de waarde van, bijvoorbeeld, een woning of aandelen in een vennootschap. Het voordeel van een bindende waardebepaling is uiteraard dat er duidelijkheid komt, omdat niet langer gediscussieerd kan worden over de waarde van een bepaald goed. De keerzijde kan zijn dat dat een van beide partijen het echt niet eens is met de uitkomst van de bindende waardebepaling, maar daar vervolgens wel aan gebonden is. Om de bindende kracht van een bindend advies aan te kunnen tasten, moet je echter van zeer goede huize komen.
De bindende kracht van een advies kan worden aangetast als gebondenheid aan het advies in verband met inhoud of wijze van totstandkoming in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Dat is niet alleen een hele mond vol, maar ook een strike maatstaf. Dit betekent namelijk dat een partij bij een bindend advies niet elke onjuistheid in het advies kan inroepen om de bindende kracht daarvan aan te tasten. Het aantasten van een dergelijk advies is alleen mogelijk als de inhoud of wijze van totstandkoming zó indruist tegen de redelijkheid en billijkheid dat het onaanvaardbaar zou zijn om daaraan gehouden te worden. Alleen ernstige gebreken kunnen daar reden voor zijn.
Enige tijd geleden lag een zaak voor bij het Gerechtshof Den Bosch, waarin een man verzocht om de bindend vastgestelde waarde van de woning te vernietigen. De man stelde dat er in de taxatieverklaring geen onderbouwing of motivering van de makelaar stond, waardoor niet kon worden nagegaan op welke gronden de makelaar tot de waarde van de woning was gekomen. Om die reden was de man van mening dat de taxatieverklaring niet deugdelijk tot stand was gekomen en dus vernietigd moest worden. Daarnaast vond de man de vastgestelde waarde veel te laag. Het zou daarom naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn dat de man aan deze waardebepaling gebonden was. De man vond dat hij door deze lage waardebepaling onevenredig in zijn belangen werd geschaad.
De vrouw gaf aan dat partijen, in verband met de kosten, bewust opdracht hadden gegeven voor een taxatieverklaring en niet voor een taxatierapport. Het hof oordeelde dan ook dat de standpunten van de man onvoldoende waren om te concluderen dat sprake is van een gebrekkige taxatieverklaring die het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar maakt dat de man aan deze bindende taxatieverklaring kan worden gehouden. De man moest het met de waarde doen die in verklaring stond.
Een bindende waardebepaling aantasten kan, maar is, op zijn zachts gezegd, niet makkelijk. In de regel is dat maar goed ook: een bindende waardebepaling is nu juist bedoeld is om einde te maken aan (een deel van) het geschil tussen partijen.