Blog
Corona grijpt momenteel om zich heen. Het bepaalt het nieuws en het overheidshandelen. Het raakt families en mensenlevens en het heeft en zal grote gevolgen hebben voor onze economie. Als ondernemer zijn de gevolgen mogelijk desastreus. Je wilt wel leveren, maar je kunt niet. Leveranciers leveren niet meer; een groot deel van je personeel zit ziek thuis of je bent op last van de overheid gesloten. Kosten lopen ondertussen door. Er zijn aflossingen, huurverplichtingen, lonen moeten worden doorbetaald enzovoort. Welke mogelijkheden heb je?
In een eerder blog heb ik gewezen op een mogelijk beroep op overmacht als presteren onmogelijk is geworden. Ook is er geschreven over een aantal steunmaatregelen die de overheid biedt om in de loonkosten te compenseren en een liquiditeitstekort te voorkomen. In dit blog wil ik nog een andere route uitstippelen. Deze is vooral aantrekkelijk als overmacht niet aan de orde is, omdat het contract feitelijk nog wel kan worden nagekomen (de spullen zijn aanwezig), maar dat het heel bezwaarlijk is geworden of de waardeverhouding helemaal scheef is geworden of het doel van het contract niet meer kan worden bereikt. Ook kan een beroep op onvoorziene omstandigheden aantrekkelijker zijn dan een beroep op overmacht, omdat de gevolgen van overmacht doorgaans ontbinding zullen zijn en dat terwijl u na de crisis weer met elkaar verder wilt.
Voordat aan de vraag wordt toegekomen wat onvoorziene omstandigheden zijn moet eerst één van de uitgangspunten van ons recht worden duidelijk gemaakt: contracten dienen te worden nagekomen of afspraak is afspraak. Dat uitgangspunt geldt ook als het tegenzit. Voor ondernemers geldt het zelfs nog meer, want die hebben een ondernemersrisico te accepteren. In uitzonderlijke gevallen zijn evenwel uitzonderingen mogelijk. De uitvoering van een contract is namelijk altijd de redelijkheid en billijkheid van toepassing. Dat betekent dat in sommige gevallen de scherpe kantjes ervan af kunnen worden gehaald. Echter, duidelijk moet zijn dat het om uitzonderingen gaat.
Onvoorziene omstandigheden zijn op grond van art. 6:258 BW omstandigheden die contractspartijen bij het sluiten van het contract niet hebben voorzien en die zodanig zijn dat instandhouding van het contract op grond van de redelijkheid en billijkheid van de ander niet kan worden verwacht. Het gaat dan om uitzonderlijke omstandigheden die partijen (en dus niet een deskundige) niet hebben voorzien en niet in de overeenkomst zijn verdisconteerd en die het evenwicht in het contract beïnvloeden.
Wat onder de omstandigheden valt die in de overeenkomst zijn verdisconteerd kan meer vallen dan u denkt. Uit de rechtspraak blijkt bijvoorbeeld dat partijen die met elkaar een contract hebben gesloten en daarin bepalingen hebben opgenomen met het oog op bepaalde dierziektes, de rechter er daardoor vanuit kan gaan dat partijen ook het oog hebben gehad niet genoemde dierziektes. Toen de niet genoemde dierziekte uitbrak (vogelgriep) kon de partij voor wie het contract erg nadelig was geworden zich daarom niet beroepen op de onvoorzienbaarheid van deze dierziekte. Stel dat in uw contract iets staat over Mers, Sars of een andere epidemie dan kan goed worden volgehouden dat Covid-19 zelf misschien wel niet is voorzien, maar een grote virusuitbraak met alle gevolgen van dien wel.
Een tweede beperking is dat, hoe vervelend ook, op grond van de ‘verkeersopvatting’ sommige omstandigheden nu eenmaal voor rekening komen van degene die zich op onvoorziene omstandigheden beroept. Wat precies onder de in het (handels)verkeer geldende opvatting valt, valt niet te zeggen, maar een paar algemene uitgangspunten zijn wel te geven. Zo wordt geldelijk onvermogen gezien als een ondernemersrisico is. Hetzelfde geldt voor waardeverhoudingen in een contract. Het hoort erbij dat prijzen kunnen schommelen. Pas als de verhouding zo scheef wordt dat grote financiële en/of bedrijfseconomische problemen optreden door het uitvoeren van het contract is een beroep op onvoorziene omstandigheden mogelijk. Hetzelfde lijkt te gelden voor een economische crisis. Een crisis hoort in principe tot het ondernemersrisico. Als het echter leidt tot grote financiële en/of bedrijfseconomische problemen is een beroep op onvoorziene omstandigheden wel gerechtvaardigd.
Hoewel er af en toe sprake is van een epidemie of pandemie lijkt het coronavirus in veel gevallen een onvoorziene omstandigheid. Dat wordt natuurlijk wel anders als u nu een overeenkomst sluit, maar dat spreekt voor zich. Vervolgens is wel de vraag wat de gevolgen zijn van deze onvoorziene omstandigheid en of de gevolgen zo heftig zijn dat ongewijzigde instandhouding van het contract niet kan worden verlangd.
Als dat het geval is stellen sommige juristen dat er eigenlijk sprake is van een heronderhandelingsplicht. U en uw wederpartij moeten met elkaar in gesprek. Wanneer u wederpartij daar anders over denkt of u er niet uitkomt dan kunt u naar de rechter stappen. De rechter kan het contract vervolgens wijzigen of in het geheel ontbinden.
De rechter zal daarbij zoveel als mogelijk aansluiten bij wat partijen aanvankelijk zijn overeengekomen. Het lijkt dan redelijk dat het nadeel over beide partijen 50/50 wordt verdeeld en het is niet de bedoeling dat u of uw wederpartij van een beroep op onvoorziene omstandigheden profiteert. Ook ligt het voor de hand dat als u een langdurige verbintenis bent aangegaan deze tijdelijk wordt aangepast, en na de crisis, onder normale omstandigheden zoveel mogelijk wordt teruggekeerd naar het oorspronkelijke contract.
Net als bij overmacht is een beroep op onvoorziene omstandigheden niet eenvoudig. Contracten moeten worden gerespecteerd. De coronacrisis en de daarop gebaseerde maatregelen rechtvaardigen veelal een beroep op overmacht of onvoorziene omstandigheden. Overmacht is alleen aan de orde als presteren niet meer kan en voorkomt dan aansprakelijkheid voor de schade. Met onvoorziene omstandigheden is meer mogelijk. Als een contract nu als een molensteen om u nek hangt kan het heel raadzaam zijn om met uw wederpartij in gesprek te gaan of, als dat niets oplevert, naar de rechter te stappen om het contract bijvoorbeeld tijdelijk aan te passen.