Jaco van den Brink


 

Deze casus betreft een planschadeverzoek van een projectontwikkelaar. Het verzoek werd definitief afgewezen vanwege: ’passieve risico-aanvaarding’. De uitspraak laat zien hoe cruciaal het is om tijdig actie te ondernemen en vergunningen aan te vragen als bestaande planologische mogelijkheden mogelijk zullen verdwijnen.

In de gemeente Sittard-Geleen gold gedurende een groot aantal jaren een bepaalde ’uit te werken bestemming’ voor woningbouw voor zijn percelen; de projectontwikkelaar kon hiermee nog niet direct bouwen (er waren nog geen bouwvlakken getekend), maar er gold voor de gemeente wel een uitwerkingsplicht: op aanvraag behoorde het bestemmingsplan wel compleet te worden uitgewerkt.

Planschade

In 2013 werd echter een nieuw bestemmingsplan vastgesteld en vanaf dat moment was woningbouw op die locatie uitgesloten. De projectontwikkelaar constateerde dat belangrijke ontwikkelmogelijkheden verdwenen waren en verzocht dan ook om tegemoetkoming in deze planschade. De totale schade werd getaxeerd op bijna twee miljoen.

De gemeente echter – en ook de Raad van State – oordeelde dat geen aanspraak meer bestond op een vergoeding. Dit vanwege het feit dat de projectontwikkelaar in de gelegenheid was geweest om vóór de vaststelling van het nieuwe bestemmingsplan een uitwerkingsplan in te dienen, maar dit niet had gedaan. In structuurplannen vanaf 2011 had hij namelijk al kunnen zien dat de gemeente de bestemming voor woningbouw wilde wegnemen. Als hij op dat moment nog een onderbouwd uitwerkingsplan had ingediend, zou de gemeente verplicht zijn geweest hieraan mee te werken.

Passieve risicoaanvaarding

In de jurisprudentie geldt het als ’passieve risicoaanvaarding’ wanneer een perceeleigenaar een bepaalde bouwmogelijkheid niet benut (door vergunningaanvraag) op het moment dat het bestemmingsplan die mogelijkheid nog bevat, terwijl op enig moment duidelijk wordt dat die mogelijkheid gaat verdwijnen. In dat geval kan die eigenaar geen aanspraak meer maken op planschade door het verdwijnen van dei bouwmogelijkheid.

Zo kon ook deze projectontwikkelaar geen aanspraak maken op planschade, om deze reden – hoe groot zijn schade ook was. De rechtbank had hierover nog anders geoordeeld, omdat er die periode wel de nodige correspondentie was geweest tussen ontwikkelaar en gemeente, waarin de gemeente zich niet erg bereidwillig had getoond (vanwege het gewijzigd beleid). De ontwikkelaar had echter zelf het initiatief moeten nemen en zelf een uitwerkingsplan moeten opstellen en indienen – aldus de Raad van State.

Initiatief

Als er dus bouwmogelijkheden of uitwerkingsmogelijkheden in een bestemmingsplan zijn die mogelijk in het volgend plan verdwijnen: neem als grondeigenaar zelf het initiatief om vóór planwijziging een aanvraag in te dienen, en reken niet op een planschadevergoeding achteraf.

Lees ook: 

Deel dit artikel

Neem contact op met onze specialisten voor meer informatie

Expertises