Jan Dirk van Vlastuin
Jan Dirk van Vlastuin
In december 2017 heb ik voor het eerst verlof gevraagd om conservatoir beslag te mogen leggen op Bitcoins. Dat was een interessante exercitie die een goede voorbereiding vergt.[1]
Bitcoins en andere crypto-valuta bestaan niet in fysieke vorm. Dat maakt de beslaglegging niet echt tastbaar. Daarnaast bestaat er geen overkoepelende organisatie die deze valuta uitgeeft of administreert. De gezamenlijke Bitcoin-rechthebbenden houden deze 'blockchain-administratie' met elkaar in stand.
Om toegang te krijgen tot crypto-valuta dient men te beschikken over het internet-adres (Public Key) van de betreffende wallet. Toegang tot die wallet is slechts mogelijk als men ook beschikt over het wachtwoord (Private Key). Vanwege de lengte en de complexiteit van beide Key’s zijn deze vrijwel altijd opgeslagen op een computer, telefoon of andere gegevensdrager. Om deze te kunnen achterhalen, is niet alleen toegang tot deze hardware vereist maar is ook medewerking van een ICT-deskundige nodig. In dit geval was daarnaast gevraagd om de beslagene op straffe van een dwangsom te veroordelen om behulpzaam te zijn bij de beslagleggen (door verlenen van toegang tot de gegevensdragers en het verstrekken van de Public en Private Key’s).
Vanwege de manier waarop rechten op Bitcoins uitgeoefend kunnen worden, heeft beslaglegging daarop geen blokkerende werking. Daarom in het nodig dat de in beslag genomen valuta door middel van overboeking in bewaring wordt gegeven aan een gerechtelijk bewaarder.
Vanwege de hiervoor genoemde aspecten heeft de rechtbank niet alleen toestemming gegeven om beslag te leggen op Bitcoins en andere crypto-valuta maar heeft de rechtbank daarnaast verlof verleend aan de deurwaarder en een door deze ingeschakelde ICT-deskundige om zich toegang te verschaffen tot de computer of andere gegevensdragers van de beslagene. Ook heeft de rechtbank toestemming verleend om die hardware ten behoeve van het onderzoek en de beslaglegging te mogen meenemen.
De rechtbank heeft de beslagene daarnaast op straffe van een dwangsom veroordeeld om mee te werken aan de beslaglegging en heeft bepaald dat de in beslag genomen crypto-valuta in gerechtelijke bewaring moest worden gegeven aan de deurwaarder. Deze had speciaal voor dit beslag een Bitcoinrekening aangemaakt.
Hoewel de wetgever geen rekening heeft gehouden met de komst van crypto-valuta, is het binnen de bestaande wettelijke kaders toch mogelijk om verhaal te nemen op dit soort bijzondere rechten. Het vergt inderdaad een zorgvuldige voorbereiding en goed overleg met de beslagleggende deurwaarder.
1. Zie voor de techniek ook het artikel “De executie van Bitcoins”. M. Bernardt en J.D. van Vlastuin, De Gerechtsdeurwaarder 2015 nr. 1, p. 24-26.