Op 26 augustus 2020 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan over een tracébesluit van de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Het besluit ziet op een wijziging van de A27 tussen Houten en het knooppunt Hooipolder. Het tracé is zo’n 46 kilometer lang en zou er door extra rijstroken en spitstroken voor moeten zorgen dat de reistijd, met name in de spits, niet langer fors hoger uitpakt. Door 45 partijen, deels bedrijven, deels particulieren, is hoger beroep ingesteld tegen tracébesluit bij de Raad van State.
Velen vroegen zich af wanneer de problemen op de A27 aangepakt zouden worden. In 2016 al werd een ontwerp van het besluit ter inzage gelegd. De daadwerkelijke vaststelling van het besluit werd verschoven van 2017 naar 2018. Inmiddels is de kogel door de kerk: de Afdeling heeft het besluit goedgekeurd.
Toekomst
Hoe het er de komende tijd uit gaat zien, is op de website van Rijkswaterstaat te lezen. In 2022 wordt gestart met de realisatie. In 2026 zal het knooppunt Hooipolder opengesteld worden. Van 2027-2029 wordt gewerkt aan het tracé van Everdingen naar Hooipolder, van 2028-2030 wordt gewerkt aan het tracé van Houten naar Everdingen.
De juridische procedures die de realisatie belemmeren, zijn in ieder geval afgerond. Het besluit is daarmee onherroepelijk geworden.
Belangrijk onderdeel van de aanpak van het tracé is ook de vervanging van de drie bruggen die deel uitmaken van het tracé. Het gaat dan om de Hagesteinsebrug, de Merwedebrug en de Keizersveerbrug. Hoe de nieuwe bruggen eruit komen te zien, is nog niet bekend. Wel is al duidelijk dat de Merwedebrug vervangen zal worden door twee nieuwe bruggen.
Via deze website wordt recente informatie over het project gedeeld.
Beroepsgronden
Door sommigen wordt reikhalzend uitgekeken naar een nieuw traject: eindelijk meer rijstroken, eindelijk wat minder drukte. De partijen echter die beroep instelden, waren het om verschillende redenen niet eens met het besluit. Om een paar beroepsgronden te noemen:
Geluid: meerdere omwonenden vrezen voor een hogere geluidsbelasting op hun terrein. De minister heeft akoestisch onderzoek laten verrichten naar de geluidsbelasting van de nieuwe situatie. In rapporten zijn verschillende maatregelen genoemd om de geluidsoverlast te beperken. Zo wordt ZOAB toegepast in het wegdek en worden geluidsschermen geplaatst. De Afdeling oordeelt dat er voldoende maatregelen worden getroffen om de geluidsbelasting tegen te gaan. Nu uit het onderzoek blijkt dat aan de geluidsnormen wordt voldaan, worden de beroepsgronden betreffende geluid ongegrond verklaard.
Zicht: bedrijven zijn echter weer minder blij met de geluidsschermen. De geluidsschermen die het misterie namelijk voor ogen heeft, zijn niet transparant. Veel bedrijven vrezen daarom hun zichtbaarheid vanaf de A27 te verliezen en vragen om een transparant geluidsscherm, dat bovendien goed wordt onderhouden. Hiervan geeft de minister aan dat gekozen is voor dichte geluidsschermen, waartegen bovendien klimplanten zullen groeien. Op die manier wordt de eenheid in het wegbeeld langs de snelweg gewaarborgd. De minister geeft aan dat in uitzonderlijke situaties wel gekozen wordt voor een transparant geluidsscherm, maar dat van een uitzonderlijke situatie in dit geval geen sprake is. Als voorbeeld van zo’n situatie noemt de minister een kruising waarbij de weggebruiker een goed beeld van de wegsituatie moet hebben en dus ‘door geluidsschermen heen moet kunnen kijken’. Transparante geluidsschermen bieden in zo’n geval een veilige oplossing. De Afdeling oordeelt dat het standpunt van de minister hierin niet onredelijk is en verklaart daarom ook deze beroepsgronden ongegrond.
Zo blijkt maar weer: de belangen van de een, kunnen (deels) haaks staan op de belangen van de ander. Aan bestuursorganen is het daarom de taak om rekening houdend met alle belangen een goed besluit te nemen. De minister heeft dat in dit geval gedaan. Nu is het wachten op de werkzaamheden en, over een paar jaar, een vlotte verkeersafhandeling op een gloednieuwe weg!