Als aannemer bent u vooral gericht op uw eigen werk binnen een project. Onder omstandigheden kunt u echter ook worden aangesproken op de gevolgen van fouten van andere partijen. De wet bepaalt namelijk dat de aannemer onder omstandigheden een waarschuwingsplicht heeft. Middels een vooropname kunt u makkelijk voldoen aan deze waarschuwingsplicht.
Wat houdt de waarschuwingsplicht precies in?
De wet bepaalt in art. 7:754 BW: 'De aannemer is bij het aangaan of uitvoeren van de overeenkomst verplicht de opdrachtgever te waarschuwen voor onjuistheden in de opdracht voor zover hij deze kende of redelijkerwijs behoorde te kennen. Hetzelfde geldt in geval van gebreken en ongeschiktheid van zaken afkomstig van de opdrachtgever, daaronder begrepen de grond waarop de opdrachtgever een werk laat uitvoeren, alsmede fouten of gebreken in door de opdrachtgever verstrekte plannen, tekeningen, berekeningen, bestekken of uitvoeringsvoorschriften.'
Dit betekent dat de aannemer tijdig (in ieder geval voor uitvoering) aan de bel moet trekken als hij ziet dat het simpelweg uitvoeren van de overeenkomst zou leiden tot onwenselijke resultaten. Over de vraag onder welke omstandigheden de aannemer wel of niet moet waarschuwen is al veel geschreven en geprocedeerd. In ieder geval is relevant hoe deskundig de aannemer is met betrekking tot de onjuistheid in de opdracht, of de opdrachtgever is bijgestaan door een deskundige adviseur, of de fout gemakkelijk waar te nemen is, etc.
Welke gevolgen heeft de waarschuwingsplicht?
Als de aannemer zijn werk volgens de overeenkomst uitvoert en dit leidt niet tot het door de opdrachtgever gewenste resultaat, kan de aannemer in principe wijzen op de overeenkomst en stellen dat de fout bij een andere partij ligt, bijvoorbeeld bij de architect of constructeur. Als het echter gaat om een fout die de aannemer zelf had kunnen zien, kan de opdrachtgever een beroep doen op de waarschuwingsplicht van de aannemer. De aannemer kan dan (mede) verantwoordelijk worden gehouden voor de schade die de opdrachtgever lijdt ten gevolge van de (eerdere) fout.
Hoe werkt dat in de praktijk?
De aannemer heeft een eigen verantwoordelijkheid om na te gaan of hetgeen de opdrachtgever van hem vraagt zal leiden tot een goed eindresultaat. Hij mag dus niet zonder meer werken volgens het principe van ‘u vraagt, wij draaien’. Ziet de aannemer dat er een ‘onjuistheid’ in de opdracht zit, dan zal hij daarvoor moeten waarschuwen. Met het oog op het latere bewijs van die waarschuwing verdient het sterk de voorkeur om hiervan altijd een schriftelijke bevestiging te geven, ook als de waarschuwing in eerste instantie mondeling is gegeven (bijvoorbeeld tijdens een rondgang op het werk).
Advies: maak gebruik van een vooropname
Om beide partijen meer bewust te maken van de risicoverdeling tijdens de uitvoering van het werk kan het nuttig zijn een vooropname te doen. Voorafgaand aan de uitvoering van het werk kan de aannemer (of zijn projectleider) het werk inspecteren, liefst in aanwezigheid van de opdrachtgever. Alle aandachtspunten (die van belang kunnen zijn voor de uitvoering van het werk) kunnen daarbij meteen worden benoemd. De aannemer kan de opdrachtgever dan wijzen op de mogelijke gevolgen voor de uitvoering van het werk. De aannemer doet er verstandig aan deze aandachtspunten te noteren in een rapport van vooroplevering. Op die manier staat zwart op wit voor welke punten de aannemer heeft gewaarschuwd. Wil de aannemer het risico voor die punten helemaal uitsluiten, dan laat hij de opdrachtgever het rapport van vooropname ondertekenen voordat hij start met de uitvoering.
De tekst van het rapport van vooropname dient bij voorkeur te zijn afgestemd op uw contractdocumenten en gebruikelijke werkwijze. Onze specialisten denken graag met u mee bij het opstellen van een dergelijk modelrapport.
Lees ook: