Verschillende decentrale overheden zijn actief in de particuliere markt door middel van een overheidsbedrijf. Gedacht kan worden aan de gemeentelijke afvalverwerkingsbedrijven die óók actief zijn buiten het eigen grondgebied. Daarnaast valt te denken aan het aanbieden van cursussen voor brandveiligheid of het verzorgen van personenvervoer.  De overheid handelt in deze gevallen als ondernemer en komt in een concurrentieverhouding te staan met particuliere ondernemingen.

Dit optreden van de overheid als ondernemer is in beginsel toegestaan. Voor deze toetreding tot een markt heeft de Hoge Raad in het op dit terrein richtinggevende Vecta-arrest (HR 8 maart 1974, NJ 1974, 264) bepaald dat het de Staat vrij staat diensten te verlenen die niet vallen binnen de wettelijke taakomschrijving. De wetgever heeft geconstateerd dat zulke overheidsbedrijven in de gaten moeten worden gehouden: wordt de concurrentiepositie van particuliere ondernemers daardoor niet aangetast?

Wet Markt & Overheid

Op 1 juli 2012 is de Wet Markt en Overheid in werking getreden. Deze wet is eigenlijk een wijziging van de Mededingingswet. Door de wetswijziging worden een aantal gedragsregels geformuleerd, waaraan overheden die actief zijn op de particuliere markt zich moeten houden. Deze gedragsregels zijn van toepassing op praktisch alle overheidsorganisaties. Een groot deel van het mededingingsrecht komt regelrecht uit Europa. Het staatssteunrecht en (in mindere mate) het Europese aanbestedingsrecht beogen de vervalsing van concurrentie door overheidsbedrijven te voorkomen. De Nederlandse wetgever achtte dit kader echter onvoldoende om de bestaande problematiek op te lossen. Vandaar de invoering van de Wet Markt en Overheid. Overigens geldt dat indien een maatregel voldoet aan de Europese staatssteunregels de Nederlandse gedragsregels niet van toepassing zijn.

Aan de volgende gedragsregels dienen overheidsbedrijven zich te houden:

  • Verplichting tot doorberekening van alle kosten: het overheidsbedrijf dient haar activiteiten op zijn minst kostendekkend uit te voeren;

  • Verbod op exclusief gegevensgebruik: overheidsbedrijven mogen geen gegevens gebruiken waarover normale marktpartijen niet beschikken;

  • Verbod op functievermenging: er dient een functiescheiding te bestaan tussen de betrokkenen binnen een overheidsbedrijf en degenen die de publiekrechtelijke bevoegdheden op dat terrein uitoefenen;

  • Bevoordelingsverbod inzake overheidsbedrijven: overheden mogen hun overheidsbedrijven niet bevoordelen.

Overtreding van de gedragsregels

Ondernemingen die vermoeden dat hun concurrentiepositie wordt aangetast door een overheidsbedrijf kunnen een klacht indienen bij de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa).  De NMa heeft de bevoegdheid onderzoek te doen naar klachten over de overtreding van de gedragsregels. De NMa mag dwangsom of boete opleggen als een overtreding wordt geconstateerd. Bovendien kunnen particulieren bij niet-naleving van de gedragsregels schadevergoeding vorderen bij de civiele rechter.
Wilt u zich laten adviseren over de betekenis van de Wet Markt en Overheid (of de staatssteunregels) voor uw overheidsbedrijf of vermoedt u dat uw particuliere onderneming schade ondervindt van onrechtmatige concurrentie door een overheidsbedrijf? Neem dan contact op met één van de advocaten van de sectie Vastgoed.

Deel dit artikel

Expertises