Jaco van den Brink


Algemene voorwaarden

De meeste ondernemingen van enige omvang hanteren ze wel: ‘algemene voorwaarden’,  ook wel aangeduid met ‘leveringsvoorwaarden’. De bedoeling is dan dat deze voorwaarden van toepassing zijn op overeenkomsten met afnemers, zodat de gebruiker zich, mocht er iets misgaan, bijvoorbeeld kan beroepen op een exoneratie.

Nogal eens wordt echter te gemakkelijk ervan uitgegaan dat die voorwaarden op bedoelde overeenkomsten van toepassing zijn.  Een gebruiker die zaken doet met afnemers, kan er niet voetstoots vanuit gaan dat zijn voorwaarden van toepassing zijn, simpelweg ‘omdat gebruiker die voorwaarden hanteert’. Een overeenkomst komt immers tot stand door aanbod en aanvaarding, en zo moeten ook algemene voorwaarden aangeboden en aanvaard worden. En als er dan dus iets misgaat, kan de gebruiker nog zulke veilige voorwaarden ‘hanteren’ - dat helpt niets als deze op de ‘probleemovereenkomst’ niet van toepassing zijn.

Met grote regelmaat dient de rechter te beoordelen of een beroep kan worden gedaan op algemene voorwaarden. Zo oordeelde de Rechtbank Groningen in juli vorig jaar (LJN: BX5805) dat algemene voorwaarden geen onderdeel uitmaakten van een overeenkomst, nu dat nergens expliciet was vermeld. Dat de voorwaarden waren afgedrukt op de achterzijde van de overeenkomst hielp de gebruiker niet: er had expliciet bij moeten staan dat deze voorwaarden ook op deze overeenkomst van toepassing waren. Gebruiker kon zijn exoneratie  tegen de tienduizenden euro’s geclaimde schadevergoeding niet inroepen.

Maar ook een expliciete verwijzing zonder overlegging van de voorwaarden breekt een gebruiker op. De Rechtbank Arnhem oordeelde in september 2012 (LJN: BX8176) dat de algemene voorwaarden uit een overeenkomst vernietigd konden worden omdat deze nooit door de gebruiker aan de wederpartij waren overgelegd. Dat op facturen meermalen naar de voorwaarden was verwezen was niet voldoende: de wet schrijft voor dat algemene voorwaarden, indien mogelijk, ter hand moeten zijn gesteld.

Maar ook over de inhoud van algemene voorwaarden wordt veel gesteggeld, en daarover verschijnt veel jurisprudentie. Hoewel het uiteraard geoorloofd is dat de gebruiker zijn rechtspositie meer verstevigt dan zoals die op grond van het (niet-dwingend) burgerlijk recht zou zijn, moeten voorwaarden wel aan een zekere ‘eerlijkheidstoets’ kunnen voldoen, op straffe van vernietigbaarheid van een bepaling, of het (deels) buiten toepassing laten ervan.

Recent verschenen hierover weer enkele arresten: van de Hoge Raad (LJN: BW6135) en van het Hof Amsterdam (LJN: BX3835). Aan de orde was de vraag of een arbitragebeding in een aannemingsovereenkomst met een particulier ‘onredelijk bezwarend’ was. De strekking van deze arresten is dat dit niet per definitie het geval is, maar dat hiervan wel snel sprake kan zijn, zeker wanneer de vermogenspositie van de particulier gering is.

Kortom, wilt u als gebruiker ook werkelijk gebruik kunnen maken van uw algemene voorwaarden, dan is goed nadenken geboden - zowel over de inhoud ervan, als over de communicatie erover. Graag bieden mijn collega’s en ik u daarbij de helpende hand.

Deel dit artikel

Neem contact op met onze specialisten voor meer informatie

Expertises