Jan Eerbeek
Jan Eerbeek
Mogelijk bent u ook huurder van een pand waarin uw supermarkt of andere winkel is gevestigd. Aan die huurovereenkomst zal eenmaal een einde komen. Bijvoorbeeld als sprake is van bedrijfsbeëindiging of bedrijfsverhuizing. U zult dan als retailer het pand aan de verhuurder moeten opleveren. Aan welke verplichtingen moet u dan voldoen?
Van groot belang is om allereerst vast te stellen: wat is er gehuurd en wat moet u opleveren? Is het pand casco gehuurd of zijn de installaties bij de huur inbegrepen? Let daarbij ook op de inhoud van eventuele algemene bepalingen die op de huurovereenkomst van toepassing zijn.
Vaak wordt bij de start van de huur een beschrijving van het gehuurde pand opgemaakt. Uit die beschrijving blijkt in detail (als het goed is) wat de staat van onderhoud is; of er beschadigingen aan het pand zijn; etc.
Die beschrijving is van groot belang omdat in de wet staat dat u als huurder verplicht bent het winkelpand op te leveren “in dezelfde staat waarin deze volgens de beschrijving is aanvaard”. Zaken die door ouderdom zijn “teniet gegaan” of beschadigd leveren geen probleem op.
Wat als er geen beschrijving is opgemaakt? Dan geldt (als uw huurovereenkomst is gesloten vanaf 1 augustus 2003) het vermoeden dat u het pand heeft ontvangen in de staat waarin het pand zich bij de oplevering bevindt. Uiteraard kan de verhuurder tegenbewijs leveren.
Let op! Heeft u een huurovereenkomst die vóór 1 augustus 2003 is gesloten, dan geldt de oude wet waarin het tegengestelde vermoeden is vastgelegd. Namelijk dat u het pand juist in goede staat hebt gekregen. Ook hiervoor geldt dat u tegenbewijs kunt leveren. Dat is bijvoorbeeld het geval als u op grond van foto’s aantoont dat het pand wel degelijk in slechte staat was bij aanvang van de huur.
Veel huurders in de retail maken gebruik van de ROZ Huurovereenkomst Winkelruimte 2012 en van de Algemene Bepalingen Winkelruimte 2012. Ook in die modellen wordt ten nadele van u als huurder afgeweken. Op grond van deze algemene bepalingen wordt ervan uitgegaan dat u het pand “in goed onderhouden staat, zonder gebreken en vrij van schade” hebt ontvangen. U moet vervolgens het tegenbewijs leveren als dat niet juist is. Op dit onderdeel bent u met de wet beter af.
De volgende tips kunnen u helpen bij het voorkomen van opleverdiscussies:
Tip 1: Maak (zeker bij oudere panden!) vóór het aanvaarden van de huurovereenkomst samen met de verhuurder een gedetailleerde beschrijving op (met foto’s) van het gehuurde! Noteer daarbij per ruimte uitvoerig alle gebreken, schade, etc. die u tegenkomt.
Tip 2: Heeft u geen beschrijving op laten maken, dan is het verstandig om andere bewijsstukken, zoals brochures van makelaars (waarin vaak gedetailleerde foto’s van het pand staan), op te zoeken en goed te bewaren.
In een volgende bijdrage hoop ik u wijzer te maken op het gebied van schade aan het gehuurde (voor welke schade bent u als retailer verantwoordelijk?) en op het gebied van veranderingen en toevoegingen aan het gehuurde (moet u deze bij het einde van de huur verwijderen en op wiens kosten?).