Blog
Het berekenen van de hoogte van de bijdrage in de kosten van levensonderhoud van de ex-echtgenoot is gecompliceerd wanneer de alimentatieplichtige een zzp-er is met onregelmatige inkomsten. Want aan de hand van welke periode of welk tijdstip bepaalt u nu de welstand tijdens een huwelijk? Over deze vraag gaat deze bijdrage.
Maatgevend is in de hoofdregel niet de periode rond het feitelijk uiteengaan van partijen, maar de laatste jaren van de huwelijkse samenleving. Doorgaans wordt uitgegaan van de gemiddelde inkomsten over de laatste drie jaar. In het wetsvoorstel Herziening Partneralimentatie is gekozen voor een referentieperiode van twee voorafgaande jaren. Het is maar de vraag of hiermee voldoende zeker wordt gesteld dat een bestendige inkomenslijn zichtbaar wordt, vooral als het inkomen nogal fluctueert.
Het hof Arnhem-Leeuwarden besliste op 8 november 2016 dat het alleszins redelijk is om bij de berekening van de draagkracht van de man uit te gaan van de winst uit onderneming over de afgelopen zes jaren.
Op basis van de overgelegde financiële stukken constateert het hof dat er in de afgelopen zes jaar sprake is geweest van een patroon waarbij de man in periodes geen omzet behaalt. De man heeft ter zitting aangegeven dat dit vanaf het laatste kwartaal 2015 en in dit jaar weer het geval is. De man weet niet hoe dit komt. Hij heeft zijn netwerk op orde en zijn beschikbaarheid is bekend. Inmiddels is hij, vanwege deze onzekerheid, ook aan het solliciteren voor een vaste baan. Op dit moment heeft de man geen opdrachten als zzp-er en geen (zicht op een) vaste baan. Gelet op de door de man aangegeven onzekerheid in de continuïteit van zijn inkomen geeft het naar het oordeel van het hof daarom een meer representatief beeld van het inkomen van de man als wordt uitgegaan van zijn winst uit onderneming over een ruimere periode, de afgelopen zes jaren, dan over de door de vrouw verzochte periode van de laatste drie jaren.
Deze uitspraak laat zien dat de welstand tijdens een huwelijk of een geregistreerd partnerschap bepaald kan worden aan de hand van een langere periode, mocht dat een eerlijker beeld opleveren van de inkomenssituatie.
Het is dan ook aan te raden dat zzp-ers hun financiële zaken op orde hebben zodat zij goed weten wanneer een bepaald beeld van hun inkomen representatief is. Dat is nog niet zo gemakkelijk omdat veel zzp-ers uitstel vragen bij de Belastingdienst voor het indienen van hun aangiften en dergelijke en daarom met regelmaat geen inkomen van het voorafgaande jaar (en soms zelfs nog het jaar daaraan voorafgaand) kunnen overleggen. Daarnaast zijn zzp-ers niet verplicht om jaarstukken op te stellen noch om deze te laten controleren door een belastingadviseur of accountant.