Cornelis Klepper


Waarom verloor voormalig AH-franchisenemer Van Noort zijn rechtzaak?

Het zal weinig supermarktondernemers ontgaan zijn: voormalig AH-franchisenemer Gerrit van Noort heeft zijn juridische strijd tegen het hoofdkantoor in Zaandam verloren. Op 17 april 2019 deed de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem uitspraak in de zaak. Welke conclusie kunnen we trekken? 

Het bericht over de strijd van Gerrit van Noort op Distrifood.nl is bovengemiddeld veel gelezen. De uitkomst in het kort: de onderneming van Van Noort moet de volledige betalingsachterstand van ruim € 1,4 miljoen betalen aan Albert Heijn. Voor een deel van € 1 miljoen moet Van Noort in privé betalen. Alle vorderingen van Van Noort zijn afgewezen.

Van deze strijd tussen de ondernemer en Albert Heijn kunnen we wat conclusies trekken die ook voor andere partijen relevant zijn. Ik noem er vijf.

1. Procederen is duur

Toegegeven, dat is een open deur. Het hoge uurtarief van advocaten is algemeen bekend. Wat minder bekend is, is het risico op het moeten betalen van de juridische kosten van de andere partij. Van Noort verloor de procedure en moest zowel de buitengerechtelijke kosten als de proceskosten vergoeden aan Albert Heijn. In totaal kwam dat bedrag uit op ruim € 45.000,-. Let wel: de eigen kosten van rechtsbijstand die Van Noort moest dragen, zijn hier niet bij inbegrepen.

2. Onrealistische standpunten helpen niet

In veel juridische geschillen raken de beide partijen op een gegeven moment ook emotioneel betrokken. Het gevaar bestaat dan dat er een tunnelvisie ontstaat waardoor elke actie van de andere partij negatief wordt beoordeeld. Hoewel het lastig is om op basis van het vonnis te kunnen vaststellen of dit bij Van Noort het geval was, lijkt het er wel op dat Van Noort onrealistische standpunten innam.

Hij stelde bijvoorbeeld dat AH niets over het geschil had mogen vertellen in de media, omdat er een geheimhoudingsclausule gold. De rechtbank oordeelt daarover dat de uitlatingen van AH niet onder de geheimhouding vallen, en bovendien dat de bijzondere omstandigheden van dit geval (de leveringsstop resulteerde in veel vragen bij het publiek en de media) meebrachten dat Albert Heijn de goede eigen naam en die van de overige ondernemers mocht beschermen door een reactie te geven.

Verder stelde Van Noort dat de overeenkomst van borgtocht door hem wel was ondertekend, maar alleen namens zijn vennootschap en niet namens hem in privé. Daarom kon hij in privé naar eigen zeggen niet worden aangesproken voor het bedrag van € 1 miljoen.

De rechtbank overweegt dat de vrouw van Van Noort heeft meegetekend (en dat hij dus zelf waarschijnlijk ook in privé heeft getekend), en dat Van Noort voor het eerst ter zitting dit standpunt inneemt. De rechtbank vindt deze stelling ongeloofwaardig.

3. Wat je roept, moet je kunnen onderbouwen

Van Noort stelde dat Albert Heijn te weinig inspanningen had verricht om de verkoop van zijn winkel in Berghem mogelijk te maken. Albert Heijn liet in de procedure echter zien dat de belangrijkste potentiële koper afhaakte omdat er geen financiering rond kwam. De potentiële koper verklaarde zelf dat deze financiering niet rond kwam, omdat Van Noort niet kon garanderen dat op zijn oude locatie geen concurrent zou vestigen.

Bovendien blijkt uit het vonnis dat AH herhaaldelijk heeft meegedacht met Van Noort om de verkoop te kunnen realiseren. Van Noort kon dus niet onderbouwen wat hij riep, en haalde (ook op dit punt) bakzeil.

4. Kijk kritisch naar je eigen fouten

Een van de verwijten van Van Noort was dat Albert Heijn te laat was met het aanleveren van een normatieve begroting (LTP) en/of vestigingsplaatsonderzoek (VPO).

AH stelde daartegenover dat zij, ondanks herhaald verzoek om verstrekking, nog gegevens van Van Noort miste die nodig waren om de documenten op te kunnen stellen. Dit verwijt hielp Van Noort dus niet. Andersom droeg het waarschijnlijk wel bij aan de beeldvorming van de rechtbank.

5. Erken wat niet ter discussie staat

Van Noort had ruim € 11.000 aan proceskosten kunnen besparen als hij voorafgaand aan de procedure had erkend het bedrag van ruim € 1,4 miljoen schuldig te zijn aan AH. Uit het vonnis blijkt dat Van Noort geen verweer voerde tegen de hoogte van de betalingsachterstand. Wel beriep Van Noort zich op het bestaan van een vaststellingsovereenkomst waarin een betalingsregeling was afgesproken, maar AH had deze overeenkomst terecht gedeeltelijk ontbonden.

Het verweer van Van Noort op dit punt had weinig kans van slagen. Wellicht had Van Noort er goed aan gedaan om aan Albert Heijn te bevestigen dat zijn vennootschap dit bedrag schuldig was. In dat geval had AH deze vordering wellicht niet ingesteld en was Van Noort niet veroordeeld in dit deel van de proceskosten.

Kansloos

De beste stuurlui staan aan wal, en achteraf is het makkelijk praten. Dat besef ik terdege. Vanuit de positie van Van Noort bekeken, is het logisch dat hij opkomt voor zijn eigen belangen en daarvoor vecht.

In de praktijk blijkt echter regelmatig dat veel tijd, energie en kosten worden besteed aan rechtszaken die eigenlijk kansloos zijn. Ik heb de indruk dat dit bij Van Noort ook het geval was.

Deel dit artikel

Neem contact op met onze specialisten voor meer informatie

Expertises